Vandaag deed de Afdeling een aardige uitspraak omtrent het begrip ‘belanghebbende’. In ECLI:NL:RVS:2018:3694 ging het over de vraag of de exploitanten van minicamping De ‘Heksenketel’ belanghebbend waren bij hun verzoek om handhaving (op illegaal geëxploiteerde minicampings in de omgeving) vanuit hun concurrentiepositie.
In tegenstelling tot het college en de rechtbank beantwoordt de Afdeling die vraag positief. In dit geval stelt de Afdeling daarvoor vast dat een concurrentiebelang reden is om als belanghebbende te worden aangemerkt. Een onderneming heeft slechts een concurrentiebelang als zij in hetzelfde verzorgingsgebied en marktsegment bedrijfsactiviteiten ontplooit als waarin de bedrijfsactiviteiten van haar concurrent plaatsvinden.
Daarvan was weliswaar sprake van, zo concludeerde ook de rechtbank eerder al, maar die vond dat appellanten geen ‘feitelijke gevolgen kunnen ondervinden van handhavend optreden’. Daar dacht de Afdeling echter anders over. Handhavend optreden kan tot gevolg dat het aantal kampeerplaatsen op minicampings elders afneemt. In dat geval kan handhavend optreden wel van invloed zijn op bijvoorbeeld de verhuurbaarheid van of de inkomsten uit De Heksenketel.
Het college zal daarom alsnog moeten besluiten op het verzoek om handhaving.
1 gedachte over “Een Heksenketel: het belanghebbende-begrip”
Reacties zijn gesloten.